De illusie van “People, profit & planet”

John LennonSteeds meer bedrijven schrijven ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’ (MVO) of ‘corporate social responsibility’ (CSR) hoog in het vaandel. Verlaging van de CO2-uitstoot, vermindering van water- en energieverbruik en hergebruik van materialen worden onderdeel van de bedrijfsstrategie. Tegelijkertijd beklemtonen deze bedrijven naar hun aandeelhouders dat streven naar duurzaamheid niet in strijd is met hun winstdoelstelling. Het rendement van groene aandelenfondsen lijkt dit te bevestigen. Aldus ontstaat de indruk dat we aardig op weg zijn met het verenigen van “people, profit, planet”. Ik vrees dat dit – alle goede bedoelingen ten spijt – een illusie is[1]

  • De CO2- uitstoot neemt wereldwijd nog steeds toe en het is onwaarschijnlijk dat de EU haar zeer bescheiden klimaatdoelstellingen haalt[2].
  • De globale ‘ecologische footprint’ is in enkele decennia verdrievoudigd en het aantal planten en dierensoorten is met 1/3 verminderd.
  • 2,5 miljard mensen leven beneden de absolute armoedegrens (2$ per dag).
  • Wereldwijd betaalt een op de tien personen steekpenningen om diensten geleverd te krijgen of te mogen leveren.
  • De graaicultuur bloeit als nooit te voren, ook binnen bedrijven die een voortrekkersrol spelen op het gebied van duurzaamheid.
  • Ruim 60% van de werknemers in de VS voelt zich gedemotiveerd en wijt dit aan het management, dat – net als politici – nog slechts op respect van een beperkt deel van de bevolking kan rekenen. Elders is dit niet veel beter.
  • Binnen geïndustrialiseerde landen nemen de tegenstellingen tussen arm en rijk toe.

De goede bedoelingen van duurzame bedrijven gaan ons niet naar een betere wereld leiden. Ze verhullen eerder een aantal breuklijnen in de ‘moderne’ wereld waarvan het herstel meer vraagt dan de ‘best practices’ van CSR of MVO tot nu toe.

Tien breuklijnen

  1. IgnoranceVan alle opgewekte energie in Europa is slechts 14% ‘‘duurzaam’. Voor de VS ligt dit cijfer nog lager. Willen we de klimaatdoelen halen, dan is een radicale toename van het gebruik van duurzame brand- en grondstoffen noodzakelijk. Technisch uitvoerbaar, maar de miljardenafschrijving op de olievoorraden die daar het gevolg van is, gaan onze economie danig op de proef stellen (‘oliebubbel’). Niet realiseren van de klimaatdoelen leidt echter tot metershoge stijging van het zeeniveau en tot andere gevolgen die we nog nauwelijks overzien.
  2. Op lange termijn kunnen grootschalige productie van wind- en zonne-energie en wie weet kernfusie leiden ot lagere energieprijzen. Voorlopig zal stoppen met de productie van fossiele energie, gepaard aan groeiende vraag naar energie, leiden tot hogere brandstofprijzen. Hetzelfde geldt voor fossiele grondstoffen.
  3. Tegenover stijgende kosten voor duurzame energie en grondstoffen staat een tendens naar dalende consumptie. Dit heeft niet alleen met consumentenvertrouwen te maken; steeds meer consumenten gaan handelen conform het principe ‘delen is het nieuwe hebben’. De dalende afziet van auto’s in de steeds meer verstedelijkende samenleving is hier een aanwijzing voor. Dit geldt ook voor de talloze initiatieven om consumptiegoederen te hergebruiken of deze laten repareren als ze stuk zijn. Niet alleen de vraag naar auto’s daalt, ook ons wegennet is zo goed als af en we hebben meer dan genoeg huizen en kantoren. Allemaal zaken waaraan in het verleden goed werd verdiend. Hiervoor komt weinig in de plaats, afgezien van renovatie en onderhoud.
  4. people before profitBedrijven zullen in het veranderende consumptie- en behoeftenpatroon aanleiding zien om nog harder de noodzaak van innovatie te beklemtonen. Maar veel zogenaamde innovaties zijn in de eerste plaats bedoeld om klanten te verleiden nutteloze producten of gadgets te kopen. Een ander deel heeft ten doel door automatisering te bezuinigen op het personeelsbestand.
  5. Hightech bedrijven zullen op volle kracht voortgaan met de ontwikkeling en verkoop van innoverende producten en diensten, die talloze beroepen overbodig maken. Eenvoudige routinematige maar ook complexe werkzaamheden worden deels geautomatiseerd. Hiervan is bijvoorbeeld sprake in de accountancy, de zorg en het onderwijs.
  6. De nu nog aantrekkelijke afzetmogelijkheden voor bedrijven in opkomende economieën komen onder druk te staan omdat deze landen de producten die ze nodig hebben, steeds vaker zelf maken.
  7. Opkomende landen zijn de bedenkelijke daden van onze voorouders niet vergeten. Het gaat dan om de impact van de slavernij maar ook om de tonnen kostbare metalen en andere grondstoffen die in onze richting zijn afgevoerd en waarop een aanzienlijk deel van onze rijkdom berust. Zij zullen behalve morele genoegdoening ook financiële compensatie eisen.
  8. wrong side of capitalismDe groeiende schaarste van banen zal in de komende decennia worden verzacht door de krimp van de bevolking, maar kleiner worden van het werkende deel van de bevolking betekent ook dat – bij gelijkblijvende productiviteit – het inkomen per hoofd van de bevolking afneemt. Het gecombineerde effect is dat veel jongeren geen banen hebben of banen van hoger betaalde ouderen overnemen maar weinig verdienen. Een veel kleinere groep kenniswerkers en aanbieders van diensten die niet geautomatiseerd kunnen worden, zal steeds meer gaat verdienen. Nu al daalt het gemiddelde inkomen per hoofd van de bevolking in de VS fors terwijl de inkomensongelijkheid toeneemt.
  9. De inkomsten van de overheid zullen structureel dalen en de uitgaven – voor zorg en sociale voorzieningen in het bijzonder – zullen navenant stijgen. De belastingdruk zal toenemen en het besteedbaar inkomen nog meer onder druk zetten.
  10. De politiek zal eerder machtelozer dan krachtiger worden. Steeds meer deelbelangen krijgen een stem. Hetzelfde geldt ook voor groeperingen met aansprekende ideologieën.

 

toekomst-kind-2-300x286Een nieuwe inhoud voor ‘People’, ‘Profit’ en ‘Planet’

People

Mensen willen eerlijke verdeling van welvaart en werk, ontplooiing, veiligheid, vrijheid en gezond voedsel. Zij willen een einde aan de corrumperende impact van geld en macht en ze zullen de inrichting van hun leven niet aan politieke elites overlaten. Samenlevingen worden transnationale netwerken in plaats van staten.

Profit

Bedrijven worden maatschappelijke ondernemingen die kwaliteit leveren in plaats van de consumptiedrift aan te zwengelen. Werkenden vullen er door actieve participatie hun leven zinvol in en bepalen het beleid in plaats van de managers van nu. Hoe dat kan, leren ze op de nieuwe business schools die niet alleen voor managers maar ook voor alle werknemers zijn. Winst is een lange termijn doel en aandeelhouders – voor een deel de werknemers zelf – leveren kapitaal omdat ze trots zijn op ‘hun’ bedrijf.

Planet:

De roofbouw op de aarde stopt. We richten onze innovatieve kracht niet op gadgets of op machines die zinvol werk overbodig maken, maar op de ontwikkeling van nieuwe energiebronnen en grondstoffen, die op termijn alle bewoners van de aarde voeding, gezondheid, bescherming, veiligheid en ontwikkeling verschaffen.

Er is nog een lange weg te gaan…..

[1] Dit is tevens de strekking van een artikel van Wayne Visser, oprichter en directeur van CSR International. Het artikel heet “CSR 2.0: Reinventing Corporate Social Responsibility for the 21st Century:http://goo.gl/KTkIVC

[2] Zie voor een kort overzicht van de klimaatdoelstellingen van de EU: http://goo.gl/I4Wdgh

Auteur: Herman van den Bosch

Ik ben emeritus hoogleraar aan de Open Universiteit en hou me vooral bezig met de wijze waarop we onze leefomgeving op een humane en natuurinclusieve wijze kunnen inrichten. Mijn blogposts gaan over wisselende aspecten daarvan.

2 gedachten over “De illusie van “People, profit & planet””

  1. Waarom niet prosperity gebruiken dan profit. Het profit-begrip wijst m.i. teveel naar het alleen gericht zijn op economische waarde. Jan Jonkers e.a. stellen dat naast economische waarde ook maatschappelijke waarden deel ervan uit moeten maken. Bijv.. het tegengaan van de leegloop van dorpen op het Groningse Hoogland

    1. Je kunt de ‘triple bottomline’ toepassen op verschillende aggregatieniveaus, bijvoorbeeld het niveau van een bedrijf of het niveau van een politiek-bestuurlijke eenheid. In het laatste geval is gebruik van het begrip ‘prosperity’ op zijn plaats. In het geval van een bedrijf vertegenwoordigen de termen people, profit en planet de drie criteria om de bedrijfsstrategie te beoordelen.Mijn blog post is geschreven op het niveau van het bedrijf.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: