De nieuwe mantra van het hoger onderwijs in de VS: Betaalbaar, Toegankelijk en Kwaliteit

Dit is nummer twee in een reeks van In vijf blogposts over disruptieve krachten in het hoger onderwijs in de VS, die ook voor ons van belang zijn. Vandaag gaat het over alternatieven voor de dure ‘on campus’ opleidingen.

distance educationWat MOOCs zijn weet iedereen inmiddels wel[1]. Topuniversiteiten als Harvard, Stanford en MIT hebben het initiatief genomen en de kwaliteit van de inhoud staat (dus) niet ter discussie. Het zelfde geldt ook voor de manier waarop de inhoud wordt gepresenteerd én ze zijn gratis. Het grote nadeel van MOOCs is dat essentiële onderwijsfunctie ontbreken, zoals feedback van deskundige docenten. Er kunnen dan ook geen studiepunten mee verdiend worden. Althans tot voor kort.

Dit jaar biedt het prestigieuze Georgia Institute of Technology een masteropleiding Informatica aan, in samenwerking met Udacity, een van de MOOC-aanbieders van het eerste uur[2]. Deze opleiding kost $7000. Voor dit geld ontvangen studenten hetzelfde diploma als hun collega’s die het ‘on campus’ programma volgen, dat $40.000 kost. Het online master programma van Georgia Tech voorziet – in tegenstelling tot het ‘gratis’ aanbod van Udacity – in aanvullende opdrachten en projecten die door docenten worden beoordeeld.

Het initiatief van het Georgia Tech maakt deel uit van een veel bredere beweging om de toegankelijkheid van het hoger onderwijs te vergroten, de kosten te verlagen en daarmee een halt toe te roepen aan de snel stijgende studieschuld (inmiddels $ 1000 mld), zonder compromissen te doen aan kwaliteit. Tot dusver werd het onmogelijk geacht om deze drie doelen – “the iron triangle” – gelijktijdig te realiseren. Om te bewijzen dat dit toch kan heeft Educause samen met ‘Next Generation Learning Challenges’ een ‘call’ doen uitgaan voor ontwerpen van een bacheloropleiding die minder dan $5000 per jaar kost[3]. Ook afstemming met de arbeidsmarkt was een van de vereisten.

Een groot aantal instellingen heeft op de ‘call’ gereageerd en een zevental programma’s is als pilot uitgekozen. De ‘winnaars’ kwamen in aanmerking voor subsidie. Een van de winnaars volgt het voorbeeld van Georgia Tech en werkt samen met Coursera, ook een aanbieder van MOOCs.

Tussen deze programma’s komen aanzienlijke verschillen voor. Sommige zijn expliciet voor minderheden, andere voor volwassenen die studie met een baan combineren. Zij hebben – behalve de lage prijs – een aantal gemeenschappelijke kenmerken.

Competency-based learning

Alle trajecten bouwen hun curricula op aan de hand van competenties. Het ‘College for America'(CFA) kent geen reguliere cursussen. Studenten doen opdrachten of werken aan projecten en elk daarvan levert een bijdrage van een aantal van de in totaal 120 competenties. Een soort dashboard geeft studenten inzicht in de ontwikkeling van deze competenties

screenshot

Verschillende docent-rollen

In het reguliere onderwijs hebben studenten vooral te maken met de professor voor de klas. De nieuwe opleidingen maken gebruik van hoogwaardige informatie die al op grote schaal aanwezig is. Zij zien hun meerwaarde in studenten te helpen zich kennis eigen te maken en toe te passen. Vandaar minder professoren maar meer mentoren, tutoren, examinatoren en studiebegeleiders.

Studeren online

Alle opleidingen zijn ‘off-campus’, of te wel thuisonderwijs. Er hoeven geen dure faciliteiten te worden onderhouden die slechts een deel van het jaar worden gebruikt. Dit geldt als de voornaamste reden dat de opleidingen voor Amerikaanse begrippen goedkoop zijn.

Collegegeld

Studenten betalen in het algemeen een vast (laag) bedrag per maand, half of heel jaar, ongeacht de hoeveelheid gevolgd onderwijs.

Vrijheid van tempo

Er wordt afstand gedaan van het principe van ‘fixed seat-time’: Studenten studeren in hun eigen tempo en ze kunnen meer malen per jaar (soms ongelimiteerd) starten.

In wezen is er sprake van een tweede digitale revolutie in het onderwijs. Tien jaar geleden ontstonden de eerste digitale universiteiten. Deze zijn er in het algemeen niet in geslaagd om de drie doelen, betaalbaarheid, toegankelijkheid en kwaliteit te combineren. Dit lijkt nu wel het geval, vooral omdat het reguliere universiteiten zijn, zowel particulier als openbaar, die deze nieuwe vormen van onderwijs aanbieden. Ook is de ICT-infrastructuur aanzienlijk verbeterd, mede dankzij het feit dat universiteiten er fors in hebben geïnvesteerd.: $1,35 mld in 2013.

Nu bijna de helft van alle studenten in de VS studeren en werken combineert en investeren in studie voor de gemiddelde student steeds minder loont, is de verwachting gerechtvaardigd dat het percentage studenten dat een ‘thuisstudie’ gaat doen snel zal toenemen.

[1] MOOC: Massive, open, online course

[2] Massive (but not open): De achtergrond van het nieuwe online programma van Georgia Tech: https://www.insidehighered.com/news/2013/05/14/georgia-tech-and-udacity-roll-out-massive-new-low-cost-degree-program

[3] Dit artikel bespreekt tevens de aard en de opzet van de zeven winnende initiatieven. De afbeelding is afkomstig van deze publicatie. http://net.educause.edu/ir/library/pdf/NG1233.pdf