
Het World Economic Forum (WEF) bracht vorige week honderden regeringsleiders, topmanagers, lobbyisten en journalisten bijeen in Davos. Het WEF besteedt, mede dankzij zijn bezielende voorzitter Klaus Schwab, steeds meer aandacht aan wereldproblemen, innovatie en duurzame ontwikkeling. Een hoogtepunt is al enige jaren de presentatie van de ‘Global 100’; een rating van de 100 meest duurzame bedrijven ter wereld[1]. Deze lijst wordt samengesteld door Corporate Knights, een Canadees adviesbureau.
De keuze van de indicatoren waarop de bedrijven worden vergeleken dekken het veld van corporate social responsibility (CSR) goed af: Het gaat om:
- Energiegebruik
- Uitstoot broeikasgassen
- Watergebruik
- Afvalproductie
- Innovatiecapaciteit
- Percentage afgedragen belastingen
- Verhouding beloning CEO ten opzichte van gemiddelde salaris
- Dekkingsgraad pensioenfondsen
- Zorg voor personeel en veiligheid
- Verloop personeel
- Aandeel vrouwen in topmanagement.
Er wordt per bedrijfstak een ranking opgesteld en de hoogst scorende bedrijven worden opgenomen in de ‘Global 100’. Het aantal bedrijven dat per bedrijfstak wordt opgenomen, correspondeert met het aandeel van deze bedrijven in de economie. Bedrijven uit de tabaksindustrie en oliebedrijven waarin zich ernstige milieuproblemen hebben voorgedaan, worden uitgesloten. Dat overkwam Shell in 2012. De opzet van de ‘Global 100’ lijkt goed doordacht.
Toch heb ik ernstige twijfels of we de Global 100 kunnen vertrouwen. Mijn twijfel ontstond, toen ik de ratings uit 2014 vergeleek met die van twee jaar geleden[2].
De eerste drie kolommen van de onderstaande tabel zijn de 25 hoogst scorende bedrijven uit de editie 2014, met hun ratings in 2014 en 2012. De laatste drie kolommen bevatten de 25 hoogst scorende bedrijven uit de editie 2012 met hun ratings in 2012 en 2014. Bedrijven zonder rating (-) kwamen niet in de ‘Global 100’ van de het desbetreffende jaar voor.
Global 100 (2014) | 2014 | 2012 | Global 100 (2012) | 2012 | 2014 |
Westpac Banking Corporation | 1 | 14 | Novo Nordisk A/S | 1 | 7 |
Biogen Idec Inc | 2 | – | Natura Cosmeticos SA | 2 | 23 |
Outotec OYJ | 3 | – | Statoil ASA | 3 | 4 |
Statoil ASA | 4 | 3 | Novozymes A/S | 4 | – |
Dassault Systemes SA | 5 | 32 | ASML Holding NV | 5 | 15 |
Neste Oil OYJ | 6 | 19 | BG Group plc | 6 | 71 |
Novo Nordisk A/S | 7 | 1 | Vivendi SA | 7 | 40 |
Adidas AG | 8 | 38 | Umicore SA/NV | 8 | 9 |
Umicore SA | 9 | 8 | Norsk Hydro ASA | 9 | – |
Schneider Electric SA | 10 | 26 | Atlas Copco AB | 10 | 46 |
Cisco Systems Inc | 11 | – | Sims Metal Management Ltd. | 11 | – |
BASF SE | 12 | – | Koninklijke Philips ElectronicsNV | 12 | 48 |
Bayerische Motoren Werke AG | 13 | – | Teliasonera AB | 13 | – |
Aeroports de Paris | 14 | – | Westpac Banking Corp. | 14 | 1 |
ASML Holding NV | 15 | 5 | Life Technologies Corp. | 15 | 21 |
The Sage Group PLC | 16 | – | Credit Agricole SA | 16 | – |
Keppel Land Limited | 17 | – | Henkel AG & Co. KGaA | 17 | – |
UCB SA | 18 | – | Intel Corp. | 18 | – |
Australia & New Zealand Banking Group Limited | 19 | – | Neste Oil Oyj | 19 | 6 |
Sigma-Aldrich Corporation | 20 | – | Swisscom AG | 20 | – |
Life Technologies Corporation | 21 | 15 | Toyota Motor Corp. | 21 | – |
Tim Hortons Inc | 22 | – | Centrica plc | 22 | 26 |
Natura Cosmeticos SA | 23 | 2 | Koninklijke DSM NV | 23 | – |
Bombardier Inc | 24 | – | Geberit AG | 24 | 36 |
Commonwealth Bank | 25 | – | Roche Holding AG | 25 | 94 |
Tot de 25 hoogste noteringen in 2014 horen 14 bedrijven, die nog niet voorkwamen op de top 100 van 2012. Omgekeerd, van de hoogste 25 noteringen in 2012 zijn in 2014 tien verdwenen uit de top 100.
Ratings van bedrijven, die in beide jaren op de index voorkwamen, lopen in veel gevallen sterk uiteen. Bekijk ter illustratie de noteringen van Nederlandse bedrijven in 2012 resp. 2014: ASML (5, 15), Philips (12, 46), DSM (23, – ) Unilever (51, 93), Shell ( – , 51). Het om zijn duurzaamheid alom geroemde bedrijf Neslé SA, is in 2012 niet genoteerd en staat in 2014 op de 93ste plaats.
Bij het beoordelen van onderzoek gelden twee overwegingen: validiteit en betrouwbaarheid.
De gebruikte indicatoren sluiten goed aan bij wat we onder ‘corporate social responsibility’ verstaan. Met de validiteit zit het dus wel goed.
Betrouwbaarheid betreft de vraag of de meting correct en consistent is, of de onderzoeker een geëigend meetinstrument gebruikt en of het resultaat robuust is. Ik twijfel of dit bij een of meer van deze criteria het geval is. Uit het bovenstaande blijkt dat de resultaten van de metingen van 2012 en 2014 aanzienlijk afwijken. Het kan niet waar zijn dat DSM in 2012 nog op plaats 23 scoort en twee jaar later uit de lijst is verdwenen. Hetzelfde geldt voor de ‘koersval’ van Unilever en zo zijn er talloze voorbeelden.
Een andere aanwijzing voor het feit dat er iets aan de hand is met wijze van meten of de gebruikte cijfers, is het feit dat de lijst in de verste verte niet overeenkomt met een andere rating van duurzame bedrijven, de Dow Jones Sustainability Index (DJSI) Van de 24 bedrijven, die op de DJSI voor hun bedrijfstak op de eerste plaats staan, vermeldt de nieuwste ‘Global 100’ er in maar 8. De ‘Global 100’ noteert daarvan niet één als koploper in de desbetreffende bedrijfstak.
De volatiliteit van de scores op de ‘Global 100’ in de jaren 2012 en 2014 en de afwijkingen ten opzichte van de DJSI maken het onwenselijk om veel waarde te hechten aan deze meting. Ik pleit voor een onafhankelijk keurmerk voor dit soort onderzoek. Zeker als de resultaten ervan over de hele wereld gaan en tot onbillijke reputatieschade leiden.
[1] Bekijk hier de ‘ratings’ van de Global 100 Index: http://global100.org Deze website bevat tevens een gedetailleerde verantwoording van de berekeningswijze.
[2] Ik had bewust een jaar overgeslagen om beter zicht te krijgen op eventuele veranderingen. De gegevens voor de drie achtereenvolgende jaren zijn hier te vinden:
http://static.corporateknights.com/CK47.pdf (2014)
http://www.jack-dylan.com/ART-DIRECTION-CK-Winter-2013 (2013; laat je niet afleiden door de URL!)
http://static.corporateknights.com/Global_100_report.pdf (2012)
Je treft hier ook de scores aan per bedrijf op elk van de hiervoor genoemde indicatoren.