Universiteiten overleven alleen door te kiezen

Dit is de vijfde en laatste aflevering in de reeks disruptieve ontwikkelingen in het hoger onderwijs in de VS, die ook voor ons van belang zijn. De stelling is dat instellingen voor hoger onderwijs keuzen moeten maken om te overleven.

Instellingen voor hoger onderwijs hebben jaren lang hun stijgende kosten verhaalt op studenten. Deze lieten zich makkelijk overtuigen dat een studie hen de rest van hun leven verzekert van een hoog inkomen. Voor de millenniumgeneratie gaat dit niet meer op. De nationale studieschuld is in tien jaar verviervoudigd en is $1100 miljard gepasseerd.

Werkgevers zijn ontevreden. Volgens onderzoeksbureau Gallup is een grote meerderheid van werkgevers het eens is met de stelling[1] “Graduates are woefully underprepared”. Tegenover 10 miljoen werklozen staan er in de VS 4 miljoen onvervulbare vacatures. Een ding is zeker: Onderwijs moet goedkoper en/of flexibeler en/of kansen op beter werk vergroten. Bij de realisering daarvan zal studeren ‘online’ een belangrijke rol spelen.

Availability onlineMet de huidige technologische middelen is studeren online mogelijk tegen een voor Amerikaanse begrippen lage prijs en met goede kwaliteit. De internetuniversiteiten, die rond de eeuwwisseling ontstonden, waren nog niet zo ver. Zij hadden een te sterke ‘technology push’, leverden ontoereikende begeleiding, waren te duur en hun aanzien was beperkt. Veel universiteiten besloten daarom als reactie in te zetten op hun traditionele sterktes om al doende meer op Harvard te gaan lijken. Ze investeerden in de kwaliteit van hun personeel, onderzoek en faciliteiten. Het gevolg: nog meer uniformiteit en hoger collegegeld[2].

Een kleine 15 jaar later is het beeld totaal veranderd. Nu door toedoen van de topuniversiteiten (Harvard, MIT, Stanford). Eerst met ‘Open Educational Resources’, later met MOOCs. MOOCs golden in eerste instantie niet als alternatief voor het gangbare onderwijs van deze instellingen. Een op handen zijnde ontwikkeling – opnieuw ingezet door topuniversiteiten – lijkt hier verandering in te gaan brengen.

Sleutelwoord is flexibilisering[3]. MOOCs gaan deel uitmaken van het reguliere onderwijs van deze instellingen. Deze kiezen daarbij voor ‘blended learning’ in plaats van voor alleen afstandsonderwijs. Veel andere instellingen, die in eerdere afleveringen de revue passeerden, doen dat wel. De topuniversiteiten kunnen zich dan ook permitteren om hun prijzen onveranderlijk hoog te houden.

FlexibilityVoor MIT is modulariseren het uitgangspunt. Cursussen worden in kleinere pakketten geplaatst die op verschillende manieren gecombineerd kunnen worden. MIT denkt aan de inzet van MOOCs, via Edx gecombineerd met ‘learning villages’ in een aantal grote steden[4].

Harvard denkt na over een opzet van een jaar online, de volgende twee jaar op campus en daarna een jaar deeltijd, in combinatie met een baan[5].

Duke University gaat MOOCs (samen met Coursera) aanbieden als inleidingen van cursussen en als vervolg daarop ‘learning spaces’ (werkgroepen en laboratoria) op een of meer campussen.

Een van de meest interessante ontwikkelingen is het project Open Loop University, van Stanford 2025, dat campus- én online-ervaringen verbindt met werken en stages buiten de universiteit[6].

Het overgrote deel van studenten gaat niet naar deze topuniversiteiten en de reactie van de overige universiteiten is dus minstens zo belangrijk. Volgens Christensen zal de helft hiervan binnen een decennium verdwijnen en is specialisatie de enige manier om te overleven. Dit kan zijn door op te treden als leverancier van inhoud, als opleidingsinstituut óf exameninstituut, als specialist op één gebied, door afstands-, campus-, voltijds- of deeltijds onderwijs aan te bieden, door zich expliciet te richten op de lokale gemeenschap of door zich te onderscheiden met een lage prijs. Speciale instituten als Degreed zullen in staat zijn om op elk gewenst moment de competenties van studenten in kaart te brengen, ongeacht hoe deze zijn verworven.

Universiteiten overleven alleen door zich te specialiseren. Een aantal voorbeelden:

Leverancier van inhoud

Als leverancier van inhoud treden vooral bekende MOOC-platforms zoals Udacy, Oursera en Edx, maar ook een organisaties als Udemy met inmiddels al 20.000 cursussen. Ook Google in dit traject is gestapt: MOOC.org moet de Youtube voor cursussen worden.

Leercoach

De Western Governors University (WGU) specialiseert zich op flexibel competentiegericht en betaalbaar afstandsonderwijs en onderscheidt zich met name door kwaliteit van de begeleiding. Zij krijgt haar verdienmodel sluitend door géén eigen studiemateriaal te produceren.

Sectorspecialist

Een aantal universiteiten concentreert op zich een specifiek vakgebied en hoopt op deze manier tegemoet te komen aan de behoefte op de arbeidsmarkt aan zeer gespecialiseerd personeel[7]. Het Pacific Gas & Electric Power Pathways Initiative biedt samen met reeks partners beroepsgerichte trajecten aan. Dit geldt ook voor het Clemson University International Center for Automotive research.

Campus

community-college-t-shirtDe meeste universiteiten zullen echter gewoon lokale of regionale campusuniversiteit blijven. Hun voortbestaan hangt af van de mate waarin ze voorzien in goed academisch geschoold personeel voor de lokale en regionale arbeidsmarkt. Essentieel is dat ze daarbij samenwerken met bedrijven en andere instellingen met het oog op projecten, stages en onderzoek. Ze kunnen een deel van de classrooms ‘flippen’ en gebruik maken van MOOCs. Ze moeten zorgen voor kwalitatief goede docenten en vooral geen lokale variant van Harvard of Stanford willen zijn.

Universiteiten die kleur bekennen door zich te specialiseren op inhoud, methode en/of verdienmodel kunnen de toekomst met vertrouwen tegemoet zien, ongeacht hoe die keuze eruit ziet.

[1] Artikel bevat onderzoek naar de waardering van afgestudeerden op de arbeidsmarkt: https://chronicle.com/article/The-Employment-Mismatch/137625/#id=overview

[2] Voor een compacte en heldere beschrijving van het ‘lemmingengedrag’ van universiteiten: Michelle R. Weise & Clayton M. Christensen: Hire Education: Mastery, modularization, and the workforce revolution.

[3] Zie voor een beschrijving van de ontwikkelingen aan deze instellingen richting flexibilisering: https://www.insidehighered.com/news/2014/12/02/some-research-universities-flexibility-and-modularity-influence-long-term-plans

[4] http://web.mit.edu/future-report/TaskForceOnFutureOfMITEducation_PrelimReport.pdf

[5] Zie interview met Edx directeur Anant Agarwal https://www.insidehighered.com/news/2013/11/25/massachusetts-institute-technology-names-edx-key-component-educational-strategy

[6] In mijn blogpost http://wp.me/p32hqY-a0 heb ik me al laten inspireren door deze ontwikkeling, maar dan als alternatief voor onderwijs aan volwassenen. Stanford denkt erover om dit model aan te bieden aan alle studenten, hetgeen niet vreemd is gezien op haar ondernemende studentenpopulatie binnen Silicon Valley.

[7] Reimagening higher education, Linsey Sledge & Tiffany Dovey Fishman – DU Press (mei 2014) http://dupress.com/articles/reimagining-higher-education/?id=us:2sm:3tw:dup758:eng:fed:111914:du_press:sxswedu

Gekker moet het niet worden. Over het imagoprobleem van afstandsonderwijs

In de twaalf jaar dat ik aan de Open Universiteit werk heb ik heel wat visitaties meegemaakt. Bij binnenkomst zijn commissies vaak afwachtend. Na afloop zijn ze onder indruk van het onderwijs dat theorie en praktijk verbindt en qua kwaliteit tot de top behoort. Een intensieve begeleiding door een tutor is steeds meer gewoon en studenten kunnen deelnemen aan groepsbijeenkomsten in studiecentra. Door hun opleiding aan de Open Universiteit oefenen studenten hun beroep beter uit. Het is niet voor niets dat zij deze instelling al jaren uitroepen tot de beste deeltijdopleider van Nederland.

Waardering voor opleidingsvormen
Waardering voor opleidingsvormen

Helaas denkt niet iedereen zo positief over afstandsonderwijs. Nevenstaande tabel toont de mening van Amerikaanse werkgevers. Online programma’s bungelen onderaan. De ondervraagden spiegelen hun opvatting aan hun eigen opleiding in een ‘brick and mortar’ universiteit (Barber, Donnelly, & Rizvi, 2013). De ervaringen die ze daar hebben opgedaan beschouwen ze als onvervangbaar. Waarschijnlijk heeft geen van hen persoonlijke ervaring met online onderwijs.

De meningen van een twintigtal HRM managers van internationaal werkzame bedrijven die Monique Bijker heeft geïnterviewd voor haar proefschrift zijn schrikbarend te noemen (2013). In het begin is er nog niets aan de hand. Als ze uit drie vormen van onderwijs de beste voorbereiding op de praktijk moeten kiezen, scoort onderwijs waarbij studenten praktijkproblemen moeten oplossen terecht hoger dan traditioneel onderwijs en probleemgestuurd onderwijs. Maar als ze vernemen dat het werken met levensechte problemen gebeurt in het kader van afstandsonderwijs en dat de doelgroep oudere studenten zijn die studie en werk combineren, valt het oordeel ineens heel anders uit. Men staat afwijzend tegenover de motivatie en intelligentie van de oudere studentenpopulatie. Ze beschouwen leeftijd daarom als een sterk negatieve indicator voor de kans op een baan.

Ook bij deze groep scoort afstandsonderwijs negatief. Vooral de jongere HRM-functionarissen beschouwen afstandsonderwijs als ‘sociaal gedepriveerd’. Net als hun Amerikaanse collegae spiegelen zij dit type onderwijs aan hun eigen opleiding die ze in de eerste plaats als een sociale ervaring zien.

Groepsbijeenkomst Open Universiteit
Groepsbijeenkomst Open Universiteit

Zowel de Amerikaanse als de Nederlandse managers die hiervoor de revue zijn gepasseerd, idealiseren de eigen opleiding. In het overgrote deel van de 17.000 universiteiten die deze wereld rijk is, vindt onderwijs plaats in volle collegezalen met een minimum aan interactie. Sociale interactie vindt vooral plaats buiten het programma en is voor veel studenten zonder meer een waardevolle ervaring. Studenten aan afstandsuniversiteiten hebben ook een rijk sociaal leven buiten hun omleiding. Sterker nog, de studie zelf  verschaft talloze mogelijkheden tot kleinschalige interacties met docenten en medestudenten.

Afstandsonderwijs kampt met een imagoprobleem. Dit betreft het onderwijs zelf en helaas ook de studenten. Ik denk daarom dat het beter is om begrippen als afstandsonderwijs en tweede kans onderwijs niet meer te gebruiken. Wat we in plaats daarvan moeten zeggen? Lees daarvoor (opnieuw) de eerste alinea van deze post.

Barber, M., Donnelly, K., & Rizvi, S. (2013). An avalanche is coming. Higher education and the revolution ahead. London: Institute for Public Policy Research.

Bijker, M. (2013). Understanding the gap between business school and the workplace. Overconfidence, maximizing benefits and the curriculum. Proefschrift. Heerlen: Open Universiteit.